Creatieve mensen hebben een grotere kans op geestesstoornissen, zo blijkt uit onderzoek, gepubliceerd in Nature Neuroscience. Het onderzoek toont aan dat mensen met ‘creatieve banen’, zoals dansers, muzikanten, schrijvers en kunstenaars, een grotere kans hebben op het ontwikkelen van psychische stoornissen. En dus ging ik bij mezelf te rade.
Ooit werd me door een potentiële date (interim manager in de ggz) gevraagd of ik psychiatrische afwijkingen had. Een gevalletje ‘zoals de waard is’, vermoed ik. Nu had mijn ex weleens naar me gegild dat ik een borderliner was, maar dat kwam omdat hij het rete-irritant vond dat ik met yoghurt en pitjes en rozijntjes en nog wat dingetjes ontbeet. Ik vond dat niet echt het kenmerk van een borderliner, dus deze diagnose tel ik niet mee.
Tikje neurotisch?
Maar ik geef toe, ik heb er wel last van als ik tien blauwe ordners heb en er staat 1 rode tussen. Dat moet allemaal identiek zijn, anders lig ik er bijna wakker van. Ik weet niet precies wat het is, maar waarschijnlijk heeft het iets met obsessief compulsief of neurotisch te maken. Hoe dan ook, ik rust niet eerder dan dat die rode map vervangen is door een blauwe.
Hypochonder?
Verder heb ik ook wat met hypochondrie. Toen ik zwanger was, drukte de arts voor wie ik destijds werkte me het boek ‘de 101 meest voorkomende aangeboren aandoeningen’ in mijn handen. Het boek stond vol plaatjes met afschuwelijke aandoeningen en verschrikkelijk leed, dat je stond te wachten als je teveel brie of te weinig foliumzuur at. Na wat beleefd bladeren en intelligent klinkend ge-hum heb ik het hem teruggegeven.
Of een combinatie?
Toen mijn dochter geboren was, kreeg ik de Medische Kinderencyclopedie als een goedbedoeld kraamcadeau. Zodra ze koorts of een snotneus had, kon je in het boek opzoeken wat er aan de hand was. Helaas had ze toen (volgens het boek dus) bijna wekelijks dodelijke zeldzame aandoeningen. Die encyclopedie heb ik snel weggedaan, maar daarvoor in de plaats kwam Internet.
Kijk bij een kuchje of wat jeuk nooit op Internet, want na het aanvinken van wat symptomen heb je gegarandeerd een terminale ziekte of een progressieve neurologische aandoening. Persoonlijk heb ik meestal een acute combinatie van beide. En ik ben er nog steeds, wat op zich wonderlijk is.
En andere rare hobby’s
Na het invullen van een autismetest op Internet (je zult je maar vervelen) werd me aangeraden om hulp te zoeken en een lezer van mijn boek verwees me naar een psychiater. Hij (die lezer dus) kon mijn humor niet zo waarderen. Ik zijn gebrek daaraan ook niet.
En ik ben ‘voor zaken’ ook weleens gebeld door een psychiater, die me erg stoorde tijdens mijn statistische hobby. Ik was met een app aan het kijken hoe efficiënt ik boodschappen deed en wat mijn gemiddelde snelheid in de Albert Heijn XL was. Ik durfde het hem niet te vertellen, want je hebt zo een stempel, etiket of recept te pakken.
Moraal van het verhaal
Zoals mijn vader al zei (zou hij een vermoeden hebben gehad?): ‘De grens tussen een gek en een genie is klein’. Als schrijver heb ik dus een prima excuus om op die grens te balanceren en er af en toe overheen te gaan. Een echte ‘borderliner’ dus. Hij was dus zo gek nog niet, die ex.